2018 was voor de Belgische automarkt het op één na beste jaar ooit. Er werden bijna 550.000 nieuwe auto’s ingeschreven. Het was voor de sector echter niet louter een jaar met een gezond verkoopsvolume. Het was ook een jaar van aanpassingen. In september werd de nieuwe meet- en homologatiemethode WLTP van kracht. Die stelt de verbruikscijfers minder gunstig voor. Ze moet de koper een meer realistisch beeld van het verbruik van een auto opleveren. En die koopt maar beter een zuinig model, want hoewel auto’s op papier nu plots meer verbruiken en uitstoten, bleven de belastingenschalen hetzelfde. Het is met andere woorden de overheid die er met zekerheid voordeel uit haalt.
Dieselverkettering is goed voor benzine
Grof geschut werd er bovengehaald om op de dieselmotor te schieten. En dat mist z’n effect niet. Nieuwe dieselmodellen worden almaar minder vaak gekocht. Vooral particulieren laten ze links liggen. Nog slechts 17% van de particulier ingeschreven voertuigen drinkt diesel. In 2011 zat een diesel nog in de neus van ruim 75% van de modellen. Maar toen werden die nog door de overheid gepromoot omwille van hun lage CO2-uitstoot.
Het is hoofdzakelijk de benzinemotor die profiteert van het antidieselsentiment. Alternatieve aandrijfvormen gaan er wel op vooruit, maar de opmars is traag. Eén en ander heeft wellicht te maken met de hoge kostprijs van elektrische- en hybridevoertuigen.
Al eens aan aardgas gedacht?
Opvallend cijfer: in België werden afgelopen jaar net geen 4.000 aardgasauto’s ingeschreven. Op één jaar tijd steeg het marktaandeel van die alternatieve (en milieuvriendelijke) brandstof van 0,46 naar 0,73%. Het blijft natuurlijk een voetnoot, maar ze staat wel in vettere print dan de elektrische auto. Elektriciteit, afgeschilderd als dé aandrijfvorm van de toekomst, blijft steken op slechts 0,66%. In Vlaanderen is het verschil het grootst. Daar werden in 2018 2.620 elektrische en 3.242 aardgasauto’s in het verkeer gebracht.