Elk jaar weer strijden de Duitse drie om te titel van grootste premium automerk. De grootste zijn maakt aandeelhouders gelukkig. En de combinatie met de term premium garandeert een aardige operationele marge. Een element waar niet-premium autobouwers wel eens moeite mee hebben. De meeste merken geraken niet verder dan 5%. Onder deze drie Duitsers ligt de norm eerder op het dubbele.
Wie is de grootste?
Audi is traditioneel de kleinste van de drie. Het bedrijf mikt snel op een jaarlijkse afzet van meer dan twee miljoen auto’s, maar het haalt dat niet. Sterker nog. Het afgelopen jaar ging het cijfer omlaag. In 2018 verkocht het bedrijf 1.812.500 auto’s. Dat is 3,5% minder dan in 2017. Een probleem want de twee andere, die reeds voorop liepen, deden in 2018 beter dan in 2017.
Het is Mercedes dat net als afgelopen jaar de kroon claimt. Het bedrijf wist 2.310.185 klanten te verleiden. Dik 20.000 meer dan vorig jaar. BMW bleef steken op 2.125.026, maar daar kan men zich verheugen op het feit dat de afstand tussen München en Stuttgart kleiner werd. De achterstand bedraagt 185.159 stuks. BMW ging 1,8% vooruit, Mercedes 0,9%. Audi, dat luidop de ambitie heeft om de grootste premium autobouwer te worden, hinkt bijna een half miljoen stuks achterop.
BMW zal tijdens meetings overigens nog steeds claimen de grootste te zijn. Daarvoor zal het Mini meetellen. Maar ook dat is een beetje een bittere pil. Mini moest immers een achteruitgang van 2,8% slikken. Er was dan ook weinig nieuws op het productfront.
Een genuanceerd beeld
Het is intussen niet zo dat men in Ingolstadt geen pluimen in de hoed kan steken. Audi verkoopt immers het meest van deze drie in China. Genoeg voor de anderen om groen uit te slaan van jaloezie.
Performance-magie
Zowel BMW als Mercedes maakten van hun performance-label een apart merk. In München heet dat M, in Stuttgart AMG. Goed voor de exclusiefste, sportiefste versies van allemaal. Maar bij beide bedrijven is er de jongste tijd een wildgroei van M- en AMG-producten. Op zoek naar meerwaarde (lees: winst) lanceerden beiden bedrijven ook light-versies van beide labels. Het resultaat: de verkoop van auto’s onder die merknamen explodeerde. Mercedes en BMW bouwen elk jaarlijks meer dan 100.000 exemplaren onder hun zogezegde exclusieve performance-label. Bij BMW steeg de afzet nog, maar bij Mercedes werd een daling genoteerd. Zou de AMG-magie nu al uitgewerkt zijn?