Aston Martin heeft eindelijk meer gegevens vrijgegeven over de krachtbron die de Valkyrie zal aandrijven. Dat wordt een 6,5l V12 zonder turbo, maar mét 1.000pk.

Bijna F1-motor

De motor lijkt alle ijkpunten voor een atmosferische krachtbron verder te leggen dan tot op heden het geval was. Het begint al bij de materiaalkeuze. Een hele hoop interne onderdelen worden vervaardig uit titanium. Niet alleen om sterk te zijn, maar ook om zo veel mogelijk grammetjes uit te sparen. De toleranties zijn bijna zo klein als in een F1-motor, weten de Britten. Het resultaat is een centrale die ondanks een slagvolume van 6,5l toch niet meer dan 206kg weegt. Het resultaat hoort ook duurzaam te zijn. Bij Aston Martin hoor je niet dat de motor om de zoveel kilometer helemaal herbouwd moet worden, zoals bij de Mercedes-AMG Project One.

Cosworth

Die maniakale aandacht waar de ingenieurs bij Cosworth - dat de motor ontwikkelt - voor gekend staan heeft nog een voordeel: je kan toeren maken. De omwentelsnelheid kan oplopen tot wel 11.100 t/min. Het specifieke vermogen van 154pk per liter wordt op die manier verklaard. Motoren die trager lopen, kunnen zo veel paarden eigenijk alleen met drukvoeding opwekken. 1.000pk is niet niets, maar de centrale heeft dan weer niet zo heel veel trekkracht: 740Nm. Laat dat los op een tandwielstelsel in een normale gezinsauto en de onderdelen vliegen je om de oren. Maar in hypercar-territorium is het eerder mager. Wellicht heeft de lichtgewicht Valkyrie niet zo veel nodig.

Bijgestaan door elektromotor

De verbrandingsmotor komt er niet alleen voor te staan. Aston Martin zal hem aan een elektromotor koppelen. Die wordt in verhouding niet zo krachtig. Het totale vermogen wordt op 1.130pk geschat. Het zal evenwel voldoende zijn om ervoor te zorgen dat de Valkyrie zichzelf een tijdlang louter elektrisch kan voortbewegen. Noodzaak, wil je zo’n tempel voor fossiele brandstoffen tegenwoordig nog voorbij de authoriteiten loodsen.