Wel. Ja. Doorheen de jaren legden beide merken andere stilistische accenten. Meer flair bij de Italianen, strenger bij de Duitsers. Maar het zijn twee afbeeldingen van precies hetzelfde steigerende paard. Hoe kan dat?
Beginnen bij het begin
Laat ons beginnen bij Porsche. Dat is immers het meest logische. En de uitleg is het kortste. Na WO II wilde Ferdinand Porsche z’n idee van een sportwagen met betrouwbare Kever-mechaniek verder ontwikkelen. De Oostenrijker vestigde zich in het epicentrum van het Duitse Wirtschaftswunder - de economische heropleving na het vernietigende Hitler-tijdperk. Stuttgart. Kwam de tijd om een logo voor het merk dat z’n naam droeg te ontwikkelen, werd inspiratie gevonden bij het schild van de stad. Voor die tijd was dat erg gebruikelijk. Stuttgart voert daarin - je ziet het aankomen - een steigerend paard.
Vliegende Aas
“Je werd pas een Ace als je 5 vijanden had neergehaald”Hoe het paard uit Stuttgart terechtkwam op het logo van een Italiaanse sportwagenbouwer, is een veel onwaarschijnlijker verhaal. Het heeft alweer met een Wereldoorlog te maken. De eerste ditmaal. Daarin waren Duitsers en Italianen nog niet zo’n goede maatjes als in de tweede. Er werd flink wat afgevochten. Ter land, ter zee en in de lucht. Piloten voerden dodelijke luchtbaletten uit met dubbeldekkers van hout en doek. Legenden werden daar geboren. Denk maar aan de Duitse ‘ace’ De Rode Baron. Berucht en beroemd was die. Je werd ook pas een Ace als je 5 vijandige rakkers uit de lucht had geschoten. Maar ook bij de Italianen waren er die hun tegenstanders lieten bibberen en beven. Francesco Baracca was zo’n ace. Menig Duitse vliegenier kwam aan z’n eind door kogels uit Baracca’s loop.
Op een dag haalde Baracca een Duitser uit Stuttgart neer. Die had op z’n vliegtuig de beeltenis van z’n geboortestad staan. Een trofee die de Italiaan prompt op z’n eigen vliegtuig hing. Als boodschap, wellicht, en ook omdat hij geloofde dat het hem geluk bracht. Het enige wat nu nog moest gebeuren was dat Enzo Ferrari en Francesco Barraca elkaars pad kruisten.
Vol bewondering
Dat gebeurde begin jaren dertig. Ferrari was toen al succesvol in de racerij met z’n team Scuderia Ferrari, dat voornamelijk Alfa Romeo’s inzette. Tijdens een evenement suggereerde de Italiaanse oorlogsheld om het steigerende paard, z’n talisman van tijdens de oorlog, op de flank aan te brengen. Als geluksbrenger. Enzo, een bewonderaar, nam de voorzet meteen aan.
In 1932 verschijnt het steigerende paard op de flank van de Alfa Romeo’s die Scuderia Ferrari inzet voor Grote Prijs van Spa-Francorchamps. Enzo zette het paard op een schild met een gele achtergrond. De kleur van Maranello, waar het sportwagenmerk tot vandaag gevestigd is. Verwarring alom natuurlijk, want ook Stuttgart voert de knol op z’n vlag met een gele achtergrond. Het geel is niet hetzelfde, zo wordt gezegd.
En toen werd het Ferrari
Tot halverwege de jaren veertig gebruikt Ferrari de beeltenis op de sportwagens van de verschillende merken die z’n raceteam voert. Het merk Ferrari is dan nog niet gevormd. Maar wanneer in 1947 de eerste Ferrari met die naam wordt voorgesteld - de Tipo 125S - prijkt daar niet alleen de naam Ferrari, maar ook weer het steigerende paard op de gele achtergrond op. De rest, zoals men zegt, is geschiedenis…