De vakorganisaties Febiac (dat de auto-, motor- en fietsfabrikanten groepeert) en Traxio (dat hoofdzakelijk de distributiesector van vervoersmiddelen vertegenwoordigt) hekelen in een persbericht het Belgische mobiliteitsbeleid. Beide organisaties zeggen dat de discussie rond de CO2-taks opnieuw objectief gevoerd moet worden. Een verschuiving van een taxatiemodel op basis van bezit naar een model dat vooral gebruik belast, stoot er op weinig protest. De organisaties zijn evenwel van mening dat er andermaal aan formules wordt gewerkt die zullen resulteren in een hogere belasting van de consument, zonder dat er aan duurzame alternatieven of oplossingen wordt gewerkt. Traxio pleit voor een systeem dat de burger (u en ik dus) op z’n minst toelaat zijn belastingdruk te verlagen wanneer hij z’n gedrag aanpast. Dat scenario is op basis van de voorlopige plannen erg onwaarschijnlijk. Het gaat er volgens de betrokken organisaties over een nauwelijks gecamoufleerde belastingverhoging.
De logica is ver zoek
Carl Veys, voorzitter van Traxio: “Het is jammer dat de klemtoon hier opnieuw gelegd wordt op het wegtransport, terwijl het wegtransport maar één van de vele bronnen is van CO2 - uitstoot, zowel in België als in het buitenland. Dit gaat voorbij aan de inspanningen die de sector levert om de CO2-uitstoot terug te dringen. Bovendien bestaat er al een CO2-taks voor wegtransport, namelijk de accijnzen die de consument betaalt aan de pomp, en die liggen wel tien keer hoger dan de prijs die betaald wordt in het Europese systeem voor emissiehandel (ETS).” Overigens leidt het kliksysteem voor accijnzen tot duurdere diesel aan de pomp, terwijl diesel minder CO2 uitstoot dan benzine. De logica is ver zoek”.