De autosector investeert meer in elektrische auto’s dan ooit tevoren. Op straat is daar op dat ogenblik nog niet zo veel van te merken. Dat zal nog een tijd zo blijven, meent Continental AG. Dat bedrijf is één van de grootste toeleveranciers voor de sector. Het deed onderzoek naar de economische haalbaarheid van elektrische auto’s. Het moet daar immers ook z’n eigen capaciteit op afstemmen, wil het als toeleverancier relevant blijven.
Tot 2025 op benzine
Volgens Continental AG worden elektrische auto’s pas na 2025 ook economisch rendabel. Voor die tijd blijven ze kampen met te grote beperkingen. Hoog op de lijst staan de kostprijs van de accu’s, de laadtijd en het rijbereik. Maar, zo is er ook te horen, daarin komt verandering. Het bedrijf schat dat de eerste actoren in de sector vanaf 2025 EV’s kunnen aanbieden die van de klant nog maar weinig concessies vergen op vlak van praktisch nut. En dat ze vanaf dan ook economisch steek houden. Dat betekent dat ze niet meer zullen kosten dan een conventioneel aangedreven auto. Belangrijk daarin is dat het gaat om het totale kostenplaatje. De aanschafprijs zal hoger zijn, de verbruiks- en onderhoudskost lager.
Het onderzoek houdt geen rekening met extra steunmaatregelen gezien die na verloop van tijd zullen verdwijnen. Het kan ook niet accuraat de kostprijs van energie voorspellen, wat eveneens op het totaalplaatje zal wegen.
Monsterinvesteringen
Na enkele jaren vanop de kantlijn te hebben toegekeken, zijn de Duitse automerken nu bij de grootste investeerders op vlak van elektrische auto’s. Daimler (Mercedes dus) pompt 10 miljard euro in elektrische auto’s. De Volkswagen-group steekt er nauwelijks minder geld in. Evenmin onbelangrijk: Toyota (s’werelds grootste automerk) verkondigde jarenlang niet te geloven in louter elektrische auto’s, maar kwam inmiddels terug op die uitspraak.