Per 1 mei zijn de tarieven voor verkeersovertredingen in ons land weer opgeslagen. In het kader van een nog grotere nadruk op veiligheid, gaan ze gemiddeld 5% de hoogte in.
Wat kost wat?
Overtredingen van de eerste graad, kosten je nu 58 in plaats van 53 euro. Het was € 50 toen ze geïntroduceerd werden. Voor bekeuringen van de tweede graad wordt het bedrag opgetrokken van 110 naar 116 euro. In graad drie betaal je voortaan al 174 in plaats van 165 euro en voor de hoogste graad moet je al meteen 473 euro begroten. Dat was 450. Je afspraak met de politierechter moet je dan ook nog in rekening nemen.
Te snel rijden wordt vanzelfsprekend ook duurder. Het minimumbedrag stijgt van 50 naar 53 euro, maar ook elke kilometer te veel wordt prijziger. 6 euro per kilometer moet je rekenen. Binnen de bebouwde kom en in een zone 30 wordt dat 11 euro per kilometer (het was 10 euro).
Een glaasje te veel op hebben wordt ook duurder. Minstens 105 euro is het nu. Blaas je boven 0,5 promille dan is het meteen goed voor 179 in plaats van 170 euro.
Schamper protest
Protest op als veiligheidsmaatregelen verpakte tariefverhogingen zijn een beetje taboe. Alleen mobiliteitsorganisatie Touring liet weten dat duurdere boetes niet leiden tot een lager aantal inbreuken. ‘Daarvoor is de pakkans cruciaal’, klinkt het er.