Net als in ons land organiseert de invoerdersvereniging (bij ons Febiac geheten, bij onze noorderburen RAI) een autosalon. En terwijl de Belgen nog vol goesting naar de beurs trekken (met soms meer dan een half miljoen bezoekers nog steeds het grootste evenement van het land), ligt het concept in Nederland al jaren een pak moeilijker. Er werd met een hele hoop formules geëxperimenteerd, maar nu is het hoge woord eruit. Het Nederlandse autosalon is niet meer. En het komt ook niet terug.
Waarom geen Autosalon?
De automerken verwijzen naar de afnemende noodzaak om auto’s met elkaar te vergelijken op een beurs. Ze strikken de consument van vandaag veel liever met een mooi ogende website waarop ze de beelden en omschrijvngen naar hartelust kunnen manipuleren.
Autosalon van Brussel
De Brusselse beurs kan niet klagen over de bezoekersaantallen, maar ook bij ons hoor je wel eens vaker invoerders klagen over de kostprijs van het ganse gebeuren. En dat een automerk je tegenwoordig veel liever een auto verkoopt op basis van gecensureerde en grondig voorgekauwde marketingpraat is natuurlijk ook al lang tot bij ons doorgesijpeld.
Er zijn overigens minder en minder automerken die van het moederhuis uit ondersteuning krijgen voor dergelijke beurzen. En dan is het nog zo dat ook in ons land, waar het autosalon een echte verkoopsbeurs is, de potentiële kandidaat-kopers almaar meer worden doorverwezen naar het dealernet. Maar het afschaffen van het autosalon is bij vakorganisatie Febiac vooralsnog niet aan de orde.