Het is goed dat de Maleisische investeringsgroep DRB-Hicom, de leenheer van Lotus, het niet zo slecht doet. Dat bedrijf is bij ons wel een nobele onbekende, maar het voedt Lotus al sinds 2012. Het 30 miljoen inwoners tellende Aziatische land pompt overigens al sinds 2005 z’n centen in het Britse nichemerk want autobouwer Proton investeerde er al in 1998 in.
Winst voor Lotus
De voormalige stuurman van Lotus, Dany Bahar, gooide grote ogen door het piepkleine merk in één keer een handvol nieuwe (toekomstige) modellen te laten presenteren op het Autosalon van Parijs. Maar de man werd later in een schandaalsfeer aan de kant gezet. In 2014 werd Jean-Marc Gales aan het roer gezet. De opdracht: centen verdienen. Lotus maakt inmiddels al bijna 20 jaar aan een stuk verlies. Maar kijk, dit fiscale jaar (2016 - 2017) zou het dubbeltje anders moeten vallen. En het bedrijf blaakt van zelfvertrouwen. Het kondigde nu al aan dat het volgend jaar effectief winst in de boeken zal schrijven.
Modellen rekken
Op nieuwe modellen van Lotus blijft het inmiddels nog even wachten. Die kosten immers te veel centen om te ontwikkelen. Maar in mei volgend jaar komt er wel een roadster op basis van de Evora. Inmiddels zegt Gales dat de Elise nog makkelijk 4 jaar mee kan, ook al is z’n basisarchitectuur inmiddels 2 decennia oud. “Ze is constant aangepast en geëvolueerd’, klinkt het er. Een nieuwe Elise is dus iets voor 2020.