BMW heeft nog eens goed naar de 3-liter zescilinder gekeken die de 1- en 2-Reeks aandrijft. En die check-up resulteert in wat meer vermogen. Een nieuwe turbo zorgt ervoor dat ze nu 335pk en 500Nm sterk zijn. Voor BMW meteen het excuus om de M135i en M235i benamingen overboord te gooien en te vervangen door M140i en M240i. Je moet toch duidelijk kunnen maken aan de buitenwereld dat je net niet volwaardige BMW M-product nu sneller is dan voorheen.
Prestaties
Want sneller zijn ze. Als je zelf met de pook door de zesbak roert, kan je naar 100 in 4,8 seconden. Dat wordt 2 tienden sneller wanneer je de optionele achttrapsautomaat aanvinkt. En als je al dat geweld voor uitsluitend de achterwielen niet ziet zitten, beloont BMW je investering in een integraalaandrijving met een sprinttijd die nog eens 2 tienden vlotter is. Leg dat naast het tabelletje van voor de nieuwe turbo en je ziet telkens 0,3 tellen tijdswinst.
De 2-Reeks krijgt dezelfde upgrade, wat betekent dat hij als M240i aardig dicht in de buurt van de ‘echte’ M2 met 370pk komt. Het verschil bedraagt soms nog slechts één tiende, al zegt dat natuurlijk niets over de rijbeleving.
Tussengas geven
Behalve het opgepepte vermogen, blijken de nieuwe motoren ook nog eens 7% spaarzamer met brandstof om te springen. Tenzij je dat vermogen inzet natuurlijk. Om de handbak te sparen, beschikken die versies nu ook over een functie die bij het schakelen het motortoerental aanpast. Een elektronische tussengasfunctie. Wedden dat dat leuk klinkt?