De drie Rovers staan sinds de jaren ‘70 geparkeerd in een volledig onbewoond gebied, hebben slechts een paar kilometer op de teller en zijn milieuvriendelijk. Rest enkel nog de vraag: Hoe bestuur je zo’n ding? Ziehier dus een spoedcursus maanwagen rijden. Hoe je echter op de maan geraakt, daarbij kunnen we je helaas niet helpen.

In feite werken de instrumenten zoals bij elke andere auto. Er is een snelheidsmeter, een gps en diverse andere knoppen met elk hun eigen functie. Zo zit onderaan in het midden een schakelaar die de vier elektromotoren aansluit op de accu's. Hopelijk werken die laatste nog na al die jaren, oplaadbaar zijn ze jammer genoeg niet.

Misschien wel het belangrijkste instrument in de Lunar Rover is de T-vormige stuurknuppel. Die bevindt zich tussen beide zetels en je gebruikt hem om gas te geven, te sturen en te remmen. De bediening is eenvoudig: stick naar voren en de LRV gaat rechtdoor, een duwtje naar links of naar rechts en je gaat ook werkelijk die richting uit. Wil je vertragen? Dan trek je het ding naar je toe.

Ook al heeft de Lunar Rover slechts 1pk dankzij zijn lage gewicht (210 kg) en zwakke zwaartekracht gaat het snel op de maan. En denk eraan. De planeet is bezaaid met diepe kraters. Bereid je dus maar voor op een hobbelige rit.

Gelukkig is er voldoende parkeerruimte op de maan. Manoeuvreren zal dus niet je grootste zorg zijn. Om achteruit te rijden, trek je de T-vormige stick naar links en activeer je de "Reverse Inhabit Switch" in het midden van de controller. De achteruitversnelling is nu ingeschakeld.

Veiligheid is natuurlijk van het grootste belang. Hoewel je op de maan noch politiecontrole, noch druk verkeer kan verwachten, moet je je vanzelfsprekend vastgespen voor elke rit. Net zoals in het vliegtuig leg je de riem over de benen, stop je hem in de gesp en trek je hem aan. Het lijkt allemaal eenvoudig, en dat is het ook!