Elk jaar kiest het Amerikaanse onderzoeksbureau Ward’s Automotive (dat zich binnen de sector onder meer bezighoudt met dataverwerking en marktonderzoek) de 10 mooiste interieurs. De Yanks hebben natuurlijk een ander keuzepalet dan de Europeanen, terwijl ze wat gevoeliger zijn voor ‘bling’ en minder wakker liggen van kwaliteitsperceptie. Maar wat daar het meest in de smaak valt willen we je niet onthouden. Het is overigens geen ranking, dus binnen deze top 10 worden geen winnaars of verliezers aangeduid.
De Murano is Nissan’s grootste SUV. Hij staat ook bij ons in de catalogus, maar hier wordt hij slechts met mondjesmaat verkocht. In de VS gaat hij vlot over de toonbank, en z’n interieur is daar één van de redenen voor. Vooral de door-en-door-beige aankleding wordt gesmaakt.
Hier bij Auto55.be vinden we dat Mercedes het centrale scherm beter had ingebouwd, maar in Amerika vinden die die faux-ipad tegen de middenconsole best te pruimen. Samen met de sfeerverlichting, de materiaalkeuze en de ergonomie natuurlijk.
Het is de kleinste Jeep, en hij is ook niet erg duur. Maar hij weet z’n prijs aan de binnenkant verdacht goed te camoufleren. En wat stoere gekleurde accenten, dat doet het altijd goed.
Mazda werkt al jaren hard aan z’n kwaliteitsperceptie, en dat werpt vruchten af. De Mazda 6 werd onlangs nog aan een facelift onderworpen. Daarbij werd het interieur niet vergeten. Et voila…
De F-150 is de meest populaire pick-up in de VS. En het is Ford’s meest winstgevende product. Logisch dus dat er bij een nieuwe versie niet over één nacht ijs wordt gegaan. Het interieur wordt alvast bekroond.
Nog een truck - ditmaal van GMC. De Caynon is meer ingetogen en functioneel gelijnd dan de Ford hierboven, maar ‘alles klopt’. Functioneel dus, maar niet zonder klasse.
De Kia Sedona is een grote monovolume. En als we Ward’s mogen geloven heeft die een interieur dat erg praktisch, ruim, modulair en toch stijlvol is.
BMW gaat helemaal eco-chique in de i3. De kleine elektrische auto van BMW voelt daarom zelfs een beetje Scandinavisch aan. En hij komt tegelijk hoogtechnologisch over.
De goedkoopste auto uit de lijst is een Honda. In de VS heet hij Fit, maar bij ons staat hij als Jazz in de catalogus. Z’n naar de bestuurder gerichte middenconsole valt in de smaak.
In Europa kan je de Chrysler 300C al een tijdje niet meer krijgen. Ook niet als Lancia. Maar de Amerikanen vinden het nog steeds één van de beste producten van eigen bodem. Met inbegrip van het interieur.
