De Cooper S hebben we al gehad. Maar er is altijd nog een overtreffende trap: die waarop labeltjes van John Cooper Works worden gekleefd. Die lekte te vroeg uit. Nu is alle officiële informatie er, maar daarin staat niets nieuws.
Meer vermogen
Natuurlijk is de JWC Cooper wat pittiger. Er een heel andere motor inleggen, doet de fabrikant natuurlijk niet. Maar de viercilinder turbomotor van de Cooper S (daar 190pk sterk) had nog wel wat marge. BMW gebruikt die centrale in andere auto’s overigens al met meer vermogen. In de BMW 225i Active Tourer bijvoorbeeld, waar hij 350Nm opwekt. De nieuwe Mini JWC schopt het dan wel tot 231pk, maar zo veel trekkracht als het busje van BMW mag hij nu ook niet vrijgeven. 320Nm moet volstaan.
De JWC-Mini heeft ook nog recht op een groene koetswerktint die alleen op deze versie leverbaar is. Die krijgen we echter nog niet te zien.
Hoe snel is de Mini Cooper JWC?
De weegschaal wijst 1,2 ton aan. Dat is lang niet slecht (vooral omdat die Mini al lang niet meer zo ‘mini’ is) en als je het aan een automaat koppelt dan kan je al na 6,1 seconden 100km/u rijden. Een handgeroerde zesbak is 2 tienden wat trager, maar wordt toch de keuze van de puristen. Die kunnen zich ook in de handen wrijven over de Brembo remmen, maar blijven op hun honger zitten als het op een mechanisch sperdifferentieel aankomt. Mini houdt vast aan een uitbreiding van de stabiliteitscontrole dat de remschijven gebruikt om een gelijkaardig effect te simuleren. Dat heeft natuurlijk niets met een echt differentieel te maken, maar omdat elke andere autoconstructeur dat in de uitrustingslijst verkoopt als ‘elektronisch differentieel’ mag Mini dat natuurlijk ook.
Autosalon van Detroit
De Mini JWC zal voor het eerst te zien zijn in januari op het Autosalon van Detroit. Dat is op dezelfde plaats als waar het vorig jaar een JWC studiemodel presenteerde.