Sinds de introductie van de GT3 Cup-editie, in essentie een racewagen op basis van de al behoorlijk Spartaanse 911 zonder ‘Cup'-toevoeging, in 1998 verkocht Porsche al 2.385 stuks van het model. Dat lijkt niet meteen een cijfer om van achterover te vallen, maar in racewagenmilieus is dat allemaal relatief. Dit is wel degelijk de meest succesvolle racewagen ooit.
Nu de zevende generatie van de 911, met codenaam 991, op de baan te zien, is werd het ook tijd voor een nieuwe generatie van de topsporter. Die kan minimaal zeven jaar mee.
De 911 GT3 Cup wordt aangedreven door een 3,8l zescilinder boxermotor die helemaal atmosferisch is en z'n piekvermogen vrijgeeft bij 8.500 krukasrotaties per minuut. Er wordt 460pk uit gemolken, dat is 10pk meer dan z'n voorganger. Een sequentiële zesbak wordt nu met schakelflippers aan het stuurwiel bediend.
De remschijven die Porsche nu rondom monteert zijn nu gegroeid tot een doorsnede van 38cm. Vooraan worden ze door zes zuigers tegen de remblokken gedrukt, terwijl daar achteraan vier zuigers voor worden ingeschakeld. Het rubber dat eromheen zit, groeide ook. De voorbanden zijn nu 27cm breed en achteraan is het lateraal gemeten contactoppervlak voortaan 31cm.
Elke 911 wordt steevast wat meer in de onderdanigheid gedwongen. Zo is de 991 weer wat minder karaktervol dan de 997 die hij vervangt. En ook de versie voor circuitgebruik zet gebruiksgemak op een hoger schavot dan voorheen. Porsche zegt dat het model makkelijker te rijdend is, vooral in de buurt van de limiet. En als het dan toch mis loopt, is er een integrale rolkooi die de impactsenergie om de bestuurder leidt. En in het dak zit nu een reddingsluik, zodat reddingswerkers makkelijker toegang tot het interieur kunnen krijgen.
Dat laatste zullen bestuurders en eigenaars (voor zover die niet dezelfde zijn) zo veel mogelijk willen vermijden. Zonder taksen bedraagt de verkoopprijs immers al € 181.200. Voor stickers of verf moet je zelf zorgen. Porsche maakt hem alleen in het wit.