Nissan heeft de Pathfinder reeds van 1985 in de catalogus. Maar het bedrijf lijkt niet zo goed te weten wat het met het model aan moet vangen. De eerste generatie was gebouwd op een ladderchassis. De tweede (van 1996 tot 2004) maakte gebruik van een zelfdragend koetswerk (zoals een conventionele auto), en de derde (heden in de catalogus) stond op het onderstel van de Navara - een separaat chassis. Voor de nieuwste uitvoering koos Nissan - je ziet het aankomen - toch maar weer voor een zelfdragend koetswerk. De reden ligt ditmaal voor de hand. Met strengere emissie- en verbruikseisen om de hoek is gewichtsbesparing een noodzaak. Door gebruik te maken van een in het koetswerk geïntegreerde dragende structuur is de nieuwe Pathfinder zo maar eventjes 225kg lichter dan voorheen. Tenminste, de versie die zich aan de voorwielen voortsleept.
De Amerikanen moeten zich eveneens met kleinere motoren tevreden stellen. Een 3,5l V6 met 260pk (gepaard aan een CVT-transmissie) moet volstaan. De vorige editie had nog een vierliter met even veel cilinders en zelfs een V8 met 5,6l longinhoud. Van die laatste is geen spoor meer. Met een verbruiksgemiddelde van 10,6l/100km is de Pathfinder wel in één klap een derde zuiniger. Vierwielaangedreven versies hebben allemaal een draaischakelaar voor de intelligente aandrijflijn op de middentunnel en verbruiken zo'n halve liter extra.
Minder robuust, en met ‘slechts' 2,2 ton sleepcapaciteit, maar wel ruimer... De nieuwe Pathfinder biedt meer centimeters voor maximaal zeven inzittenden en hun bagage. En natuurlijk werd ook op het vlak van snufjes en uitrusting een tand bijgestoken.