Draadloze oplaadmethodes voor elektrische voertuigen zijn helemaal in. Niet dat ze al op de markt zijn, maar ze worden wel in sneltempo ontwikkeld. Toyota nam eerder al een belang in een fabrikant van draadloze laadtechnologie en nu vervoegt ook Volvo de rangen van constructeurs die met de methode experimenteren. Volvo doet dat zelfs in ons land, in het kader van "Flander's Drive" een overheidsproject dat zich bezighoudt met toekomstige mobiliteitsoplossingen.
Op 19 mei ging er een elektrische Volvo C30 naar Flanders' Drive om te worden aangepast voor het inductieladen. Dat was meteen ook het startschot van het CED-project, wat staat voor Continuous Electric Drive. Bij inductielading wordt de stroom overgedragen via een oplaadplaat die geïntegreerd is in de grond (bv. in de oprit naar de garage). In die plaat is een spoel ingewerkt die een magnetisch veld opwekt. Wanneer het voertuig boven de plaat wordt geplaatst, loopt de energie van de plaat naar het voertuig, zonder enige fysieke verbinding, via het inductief laadpunt van het voertuig. De energie wordt overgebracht via het wisselstroomprincipe en wordt dan in de omzetter van de wagen omgezet in gelijkstroom zodat de batterij kan worden opgeladen. Een volledig lege batterij zoals die in de Volvo C30 Electric zou in ongeveer 1 uur en 20 minuten kunnen worden opgeladen.
De Volvo C30 Electric biedt een rijbereik van 150 kilometer zonder dat daarbij ook maar één gram kooldioxide de lucht wordt ingeblazen. De levering van de eerste 250 exemplaren van de, die bedoeld zijn voor geselecteerde Europese klanten, is gepland voor de tweede helft van 2011.