Mercedes zal op het Autosalon van Detroit uitpakken met niet één, niet twee, maar drie elektrische studiemodellen. Die zijn weliswaar allemaal op dezelfde basis gebaseerd, maar maken van verschillende schone technologiën gebruik. Ze dragen de namen "Blue-Zero E-Cell", "Blue-Zero E-Cell Plus" en "Blue Zero F-Cell".
De eerste concept is een ‘plug-in-hybride'. Het voertuig wordt aangedreven door een elektromotor die door lithium-ion batterijen wordt gevoed. Die kunnen enkel via het stopcontact opgeladen worden. Deze basis-aandrijflijn komt ook in de volgende twee studiemodellen terug. De Blue-Zero E-Cell Plus is identiek, alleen beschikt die eveneens over een kleine 61pk sterke driecilinder turbobenzinecentrale (geleend bij smart). Tijdens lange ritten wordt die ingeschakeld aan stroomgenerator om de autonomie van het model gevoelig uit te breiden. De variant die eindigt op F-Cell werkt op dezelfde basis, maar doet beroep op een door waterstof gevoede brandstofcel voor de energieproductie.
Voor de geheel elektrisch aangedreven variant geeft Mercedes een autonomie van 200km op. De twee andere versies doen daar ongeveer 400km bovenop. De constructeur klopt zichzelf op de borst omdat het de technologie voldoende heeft weten compacteren. De drie studiemodellen hebben bescheiden afmetingen, maar bieden niettemin plaats aan vijf inzittenden en 500l bagage. De vormgeving is gebaseerd op de Bionic concept car, die in 2005 het levenslicht zag en geïnspireerd was op een bijzonder atypische vissoort. De drieling sprint naar 100km/u in minder dan 11 tellen. De topsnelheid is begrensd, bij 150km/u.
Mercedes start nog in 2009 met de productie van brandstofcelwagens. De eerste geheel elektrische voertuigen komen in 2010 in beperkte oplage.