Dat de DBS zou komen, was al langer geweten. De Aston Martin figureerde immers al in de James Bond-film Casino Royale, waar hij onder meer voorzien was van een doe-het-zelf reanimatiekit. Die heeft de serieproductie niet gehaald... Deze DBS, die de recent uit productie genomen Vanquish moet doen vergeten, pakt in de eerste plaats uit met meer vermogen. De met de hand gebouwde 5935cc V12 schopt het ditmaal tot 517pk. Vermogen dat het blok vrijgeeft bij 6.500t/min, terwijl z'n koppelkromme al bij 5.750t/min het hoogste punt van 570Nm bereikt. Omdat z'n koetswerk uitsluitend uit lichtgewicht materialen opgetrokken is (aluminium, magnesium en koolstofvezel) blijft het leeggewicht beperkt tot een relatief lage 1.695kg.
Een handgeschakelde zesbak zit centraal achter de in lengterichting opgestelde krachtbron. De paardenkrachten worden allemaal naar de achterwielen geleid, waar uit de kluiten gewassen Pirelli P-Zero-rubbers ze op het asfalt overbrengen. Om de 20-duimsvelgen achteraan zit 295/30-rubber. Vooraan is dat 245/35 om een velg met gelijke diameter. Vanuit stilstand bereikt de DBS 100km/u na 4,3 tellen. Z'n topsnelheid bedraagt 302km/u want van een begrenzer hebben de Britten nog nooit gehoord. Om dat vermogen vooral in de bochten op een beetje ordentelijke manier kwijt te kunnen, hoort een differentieel met beperkte slip tot de standaarduitrusting. De (uiteraard) volledig onafhankelijke ophanging is voorzien van een variabele demping. Die kent zelfs een circuit-modus. Om de Aston efficiënt weer tot stilstand te brengen wordt het rondom geventileerde remsysteem grondig opgewaardeerd. Vooraan kent dat zes zuigers en hebben de schijven een diameter van 398mm. Achteraan volstaan vier zuigers en schijven met 360mm doorsnede. Keramische schijven zijn niet verkrijgbaar, wat bij almaar meer supersportwagens wel het geval is.
De DBS heeft in vergelijking met de DB recht op een grotere grille. Die moet meer koellucht naar de hongerige twaalfcilinder sturen. De in carbon uitgevoerde motorkap kent een meer geprononceerde welving waarin nu ook twee luchtdoorstroomopeningen een plaats vinden. Een aanpassing waarvan Aston claimt dat ze uitsluitend functioneel is, maar die wel als neveneffect heeft dat de rauwe stem van de twaalfcilinder beter gehoord wordt. De DBS heeft een grotere spoorbreedte dan z'n mindere broertjes. Nieuwe bumpers met een harder lijnenspel dwingen de lucht op een gecontroleerde manier om de meer corpulente flanken. De luchtweerstand werd eveneens met een volledige vlakke bodem geoptimaliseerd. Die gaat achteraan over in een geïntegreerde diffuser. Een ingreep die samen met een in de kofferklep ingewerkte achtervleugel zorgt voor een aanzuigeffect. Daardoor heeft de DBS geen opzichtige vleugels nodig om hem bij hoge snelheden tegen het asfalt te houden.
In het interieur gebruikt Aston Martin vooral niet bewerkte hoogtechnologische materialen. De bekleding is een combinatie van aniline-leder en Alcantara, terwijl een aantal functionele elementen -zoals de deurhendels- uit carbon vervaardigd zijn. Om kostbare kilo's te besparen, zijn de tapijten geweven uit lichtere vezels. Maar wie nog verder wil, kan ook lichtgewicht kuipzetels bestellen. Die hebben een structuur die niet eens 3mm dik is en bestaat uit een laag kevlar die tussen twee lagen carbon wordt geperst. De DBS blijft niettemin een echte GT. Een hoogwaardig infotainment systeem met geïntegreerd navigatiesysteem en geavanceerde telefoniefuncties maakt dat duidelijk. Minder duidelijk is het prijskaartje van de DBS. Daarover heeft Aston Martin nog niets gezegd.