Na het kleien gaan we meteen over tot het waxen. Een goede wax bevat weinig tot geen abrassieve componenten. Het is dus niet de bedoeling een beetje van de verflaag af te nemen! Kwaliteitswax biedt een langdurige bescherming, is makkelijk te verwerken, droogt niet te snel uit, kan je zonder veel gedoe verwijderen en geeft een streepvrij, diepglanzend resultaat. Als je ergens niet op wil bezuinigen in de hele autobehandeling, is het op autowax. Om het product aan te brengen gebruik je een hiervoor voorziene waxpad: een sponsje in microvezel dat toelaat het product egaal te verspreiden zonder te krassen. Werk in cirkelvormige, overlappende bewegingen, om zonder overdreven op de pad te drukken een oppervlakte af te werken van telkens maximaal 30 bij 30cm. Zo krijgt de wax niet de kans om helemaal op te drogen. Als de wax poeder is geworden, ben je te laat! Neem de wax af met een pluizige microvezel polierdoek die je voldoende omkeert en hanteer deze keer rechte bewegingen. En zie die knappe glans verschijnen.
Zoals steeds is het belangrijk om elk onvertrouwd product steeds uit te testen op een onopvallend stuk. Je kan met de meeste waxen weinig verkeerd doen: alhoewel kunststof en rubber niet met wax dienen te worden behandeld (we komen hier nog op terug), hoef je ze, in tegenstelling tot bij het polieren, niet af te plakken. Je kan zelfs overwegen om de ruiten, koplampen en zelfs nummerplaten langs de buitenkant te waxen, zodat ook deze vuil minder de kans geven zich te hechten en beter afwateren. Al doe je dit natuurlijk geheel op eigen verantwoordelijkheid ... Uiteraard kunnen ook velgen gerust een laagje max verdragen: er zijn zelfs producten op de markt die specifiek ontwikkeld zijn om velgen optimaal te beschermen en de aanhechting van remstof en andere smurrie zoveel mogelijk te beperken.
Op die manier blijft de waxlaag langer intact, maar keert ook die mooie diepe glans terug.
Wanneer het hele koetswerk is aangepakt, moet je de wax nog verzegelen. Je kan dit nog het beste vergelijken met een laagje vernis. Afhankelijk van merk tot merk moet je een pasta of vloeistof verwerken op dezelfde manier als bij wax, andere produkten kan je eenvoudigweg vernevelen over het oppervlak om het vervolgens droog te boenen. De verzegeling voorkomt dat de waxlaag snel verouderd door bijkomende bescherming te bieden tegen ultravioletstraling, zure regen, oxidatie en te agressieve wasmiddelen. Je koopt best hetzelfde merk als dat van de wax, zodat beide produkten makkelijk over elkaar kunnen worden gelegd. Sommige produkten behoeven meerdere lagen, afhankelijk van het gewenste resultaat.
De derde stap hoeft niet meteen te gebeuren na het waxen, maar heeft als doel na elke frequente wasbeurt de waxbescherming te heractiveren. Op die manier blijft de waxlaag langer intact, maar keert ook die mooie diepe glans terug. Omdat deze stap meestal snel moet gaan, hebben de meeste fabrikanten een spray ontwikkeld die zelfs niet hoeft weggeboend te worden. Gewoon vernevelen op de vers gewassen wagen en klaar. En hoe zat dat nu met die rubbers?