Hazzard is in essentie achterlijk en levenloos gehucht dat gedomineerd wordt door een bijzonder foute kleine dikke politicus annex zakenman met de toepasselijke naam Boss Hogg, een corrupte sherrif (Rosco P. Coltrane) en een domme maar al even sympathieke hulpsherrif. Niets aan de hand dus, behalve dan dat het ook de woonplaats is van de familie Duke. Die bestaat uit Uncle Jesse -de patriarch van de familie-, de mooie Daisy Duke (waarover later meer) en de neven Bo en Luke Duke. Die laatste twee zijn goedzakken die ooit veroordeeld zijn voor een illegaal dranktransport, wat in Hazzard zowat de nationale sport blijkt te zijn. Boss en Coltrane doen er intussen alles aan om de twee achter de tralies te krijgen. En Dukes werken zich constant goedbedoeld in de problemen. En ze raken er geheid weer uit door op één of andere manier van A naar B te racen. Meestal hebben ze niet erg veel moeite met Rosco en de zijnen. De Dukes zijn getalenteerde bestuurders die af en toe een dollar bijverdienen op het racecircuit met hun gemodificeerde '69 Dodge Challenger, de General Lee. Maar erg kieskeurig zijn ze niet. Het kan in een pick-up, sedan of zelfs in een lijkwagen. Het stuntwerk omvat vaak heel hoge sprongen, die de auto's schijnbaar zonder schade overleven.
De General Lee is genoemd naar Generaal Robert E. Lee. Een gevierde generaal (°1807, +1870) die tijdens de Amerikaanse onafhankelijkheidsstrijd één van Zuidelijke legers aanvoerde. En de Dodge staat duidelijk symbool voor de mentaliteit in de Zuiderse staten. De vlag op het dak (en tijdens sommige afleveringen op de motorkap) van de rode bolide is die van de Zuidelijke Confederatie. En z'n claxon speelt enkele tonen van Dixie, een populaire Amerikaans liedje uit de 19de eeuw, dat eveneens symbool staat voor de Zuidelijke Staten.
Niet alleen de rode Dodge vond z'n weg naar de populaire Amerikaanse cultuur. Daisy Duke zorgde ook voor een fenomeen. De extreem hoog uitgesneden spannende (en dus weinig verhullende) jean shorts worden er nog steeds Daisy Dukes genoemd.