Landbouwerszoon Henry Ford was vanaf zijn prille jeugd bezeten van de mechaniek en vooral van een machine die het werk van de mensen op het veld kon verlichten. Hij droomde, en daar bleef het niet bij, van een automobiel voor de massa. Deze visionaire autotsaar stelde ook dat kleine auto's kleine winsten betekenden. Maar nadat zijn eerste B en K modellen flopten wegens te duur greep hij toch terug naar wat hij naar de hel had verwezen. Dit dan met afgeslankte auto's zoals het beroemde model T, dat van 1908 tot 1927 een schot in de roos was. Het was de Auto van de 20ste Eeuw, waar wél winst mee werd gemaakt. Ooit werden er 16 miljoen exemplaren van gebouwd. Hij voorzag meteen ook het bandwerk dat hij als eerste met de T-opvolger, de A, introduceerde.
Zo wat een ruim driekwart eeuw later is er nog niets veranderd want de huidige belangstelling gaat naar kleine auto's. Niet alleen qua grootte maar ook met een kleinere cilinderinhoud. Lichter en compacter ook. En nog anderen redenen zoals het "stilstaand verkeer", de verstikkende steden (zo worden in bepaalde Duitse steden nu al niet erg milieuvriendelijke auto's gewoon geweerd), het parkeergebrek... Vandaar een VW 1.4 Turbo of Supercharger die even goed presteert als een atmosferische tweeliter. Men is niet langer vies van driecilinders (Chevrolet Matiz, Daihatsu Trevis-Cuore-Sirion 1.0, Kia Picanto, Mitsubishi Colt 1.1, Seat Ibiza-Cordoba 1.2, Opel Agila-Corsa TP 1.0, Peugeot 107, alle Smarts, Subaru Justy, Toyota Aygo, VW Fox 1.2) en er wordt zelfs gedacht aan tweecilinders. Wie nu niet investeert in People Cars mist voeling met de concurrentie.Want India ziet er wel brood in.
De People Cars dus. Nadat het Duitse apostolaat op punt staat de Amerikanen tot de diesels te hebben bekeerd (zeker nu Mercedes met de Bluetec scoort) gaat men de lieden van de Nieuwe Wereld van hun grootheidswaanzin afhelpen door het invoeren van kleine autootjes zoals de Smart (jawel), de Opel Saturn Astra en de typische notch-back Verve die als opvolger van de Fiesta niet voor niets op de Autoshow van de Detroit wordt geëxposeerd. Wat vroeger voor de Amerikanen een compact car was, was voor ons nog een grote middenklasser, maar daar komt verandering in want de trend gaat dus naar andere maten. Alle constructeurs doen aan downsizing zowel wat het volume, het kubiek als het gewicht betreft. Met kleinere auto's gaat men naar een marktverschuiving. Tegen 2012 zou het aandeel van de small cars zowat 25% bedragen. In tien jaar tijd zouden de kleintjes oprukken van 23 miljoen naar 38 miljoen exemplaren en dat is 45% meer dan oorspronkelijk verwacht. Was de nietige auto vroeger een utopie dan rukt men zich aan de overkant van de haringplas stilaan los van wat eerst als een niche-model werd aangezien. De commercie wordt duidelijk aangepoot.
En dat men elders niet ten achteren wil blijven kan men afleiden uit de komst van nog kleinere modellen uit India, Japan en ook bij ons. In dit laatste geval krijgt de publicitair uitvergrootte Fiat 500 nog een kleiner broertje, namelijk de Poolse Topolino tweecilinder (2010), bij VW de up! Skoda wacht nog op het groen licht voor een nog kleiner model dan de Fabia en bij BMW is men zich aan het beraden over een MiniMini. Dat Toyota volgend jaar een mini met de verwaande naam iQ uitbrengt wist je misschien al
