Begin jaren veertig was autodesign en -ontwikkeling abrupt en compleet stilgevallen. Dat had uiteraard te maken met het uitbreken van Wereldoorlog II. Maar tijdens de tweede helft van de fourties was het publiek, en met name de optimistische Amerikanen die niet alleen als overwinnaar uit het conflict waren gekomen, maar ook geen grote heropbouw van het land moesten financieren, klaar voor wat nieuws.
Niet de Tucker Torpedo
“Dat Tucker vijftig stuks van de 48 had gebouwd op z'n eigen productielijn, was op zich al een half mirakel omdat niemand een motor wou leveren voor het model.”Een man die dat in de gaten had was Preston Tucker. Een autoverkoper en bouwer van racewagens die zich niet kon vinden in de erg lakse en conformistische houding van de auto-industrie uit z'n tijd. Hij broedde op het idee van een revolutionaire auto. Dat werd de Tucker 48, waar wel eens vaker (foutief) naar verwezen wordt als de Tucker Torpedo.
De Tucker 48 was voor z'n tijd ongezien revolutionair. Hij had de motor achterin, was voorzien van hydraulisch bediende trommelremmen, had een voorruit die bij een ongeluk in één stuk uit de auto viel, had een centrale koplamp die meedraaide met het stuur en rustte op een geheel onafhankelijke ophanging. Allemaal zaken die destijds ongezien waren.
Geïntegreerde rolbeugel
Tucker bedacht z'n onafhankelijke ophanging niet met conventionele veren, maar met rubberen veerblokken die door Firestone werden geleverd. Het systeem werd gebruikt, maar was eigenlijk niet geschikt voor een voertuig met het gewicht van de Tucker 48. De idee werd later wel weer opgevist door Sir Alec Issigonis, voor de Mini. De ganse boordplank was uitgevoerd in zacht materiaal om bescherming te bieden bij een ongeval. Preston Tucker bedacht om diezelfde reden ook de geïntegreerde rolbeugel en de inklapbare stuurkolom. In die tijd was het heel gewoon dat bij een ongeluk de stuurkolom verder de cabine binnendrong, met alle nare gevolgen van dien.
Motoren uitwisselen
Zelfs het onderhoudsconcept was apart. De gehele aandrijflijn van de 48 werd door slechts 6 bouten aan het onderstel bevestigd en was in theorie in ‘minuten' verwijderbaar. Maar Tucker had de motor en transmissie niet vlak bij de aangedreven achterwielen gelegd voor de lol. Hij wou z'n klanten de ultieme service bieden door eender welke vorm van onderhoud te beperken tot maximaal een half uur. Hoe? Simpelweg door steeds een goede, perfect onderhouden motor klaar te hebben. Als een klant zich aandiende voor onderhoud zouden de motoren uitgewisseld worden. En wanneer alle onderhoudswerk aan de verwijderde motor uitgevoerd was, stond die klaar voor een volgende klant.
De grote autobonzen uit Tucker's tijd hadden het niet zo begrepen op het nieuwe, revolutionaire automerk. De ‘Big Three' - Ford, Chrysler en Chevrolet - haalden al hun connecties en invloed uit de kast om Tucker stokken in de wielen te steken. Wat finaal ook lukte, maar niet voor het bedrijf vijftig stuks van de Tucker 48 had gebouwd op z'n eigen productielijn. Op zich al een half mirakel, omdat niemand een motor wou leveren voor het model. Het is te zeggen - geen enkele autobouwer wou met het bedrijf in zee. Daarom ligt in de 48 een 5,5l zescilinder boxermotor (gekoppeld aan een vierbak) met 166pk uit... een helikopter. De centrale was gebouwd door Air Cooled Motors voor de Bell 47.
Op het witte doek
“Eén van de bezitters van een Tucker is Francis Coppola, die in 1988 een film regisseerde met als titel Tucker: The Man and His Dream.”Tucker werd nog in boeien geslagen en mocht zich in de rechtbank verantwoorden voor fraude. Hij werd echter vrijgesproken, en zelfs een echte volksheld. Van de vijftig geproduceerde Tuckers (51 als je een prototype dat crashte tijdens een 24-uurs-test meetelt) overleven - afhankelijk van de bron - nog 46 of 47 exemplaren. Ze zijn allemaal in handen van verzamelaars of musea.
Eén van de bezitters van een Tucker is Francis Coppola, die in 1988 een film regisseerde over het verhaal: Tucker: The Man and His Dream. Die vind je uiteraard terug in ons dossier ‘Legendarische autofilms'. Beeld van de Tucker, en zelfs enkele prenten uit de originele catalogus, hebben we verzameld in de fotospecial.