De kleine Volkswagen Up staat ruim vier jaar bij de dealer. En we zien het modelletje minder op de weg dan de Duitsers hadden gewild. Een facelift moet het model daarom wat aantrekkelijker maken. Maar het grootste nieuws zit onder de kap.
Volgens het boekje
VW’s kleinste krijgt nieuwe kijkers, een aangepaste grille en andere bumperschilden rondom. Dat moet hem een wat moderner aanblik geven. En er zijn andere velgen en meer kleurtjes (nu 13 in het totaal) om dat passend in de verf te zetten.
Binnenin merken we nieuwe zetels en andere sierlijsten op. En de boordelektronica maakt ook een tijdssprong. Er zijn nu twee versies van het infotainmentsysteem, waarvan het grootste een 5” kleurendisplay heeft. Een licht- en zichtpakket (ook een optie) zorgt er dan weer voor dat je Up je met veel enthousiasme verwelkomt. Met een coming/leaving-functie.
Je kan je Up nu ook meer personaliseren dan tevoren. er zijn 9 decoratiemogelijkheden, 10 dashpad-designs, 3 dakpakketten en net zo veel designpacks. En het interieur heeft nu twee basiskleuren.
Waar is de turbo?
Het grootste nieuws is echter de komst van een nieuwe motor. Uit de Polo en Golf zakt de 1.0l TSI af. Een driecilinder die hier 90pk en 160Nm opwekt. Die komt naast atmosferische motortjes met 60pk en 75pk. En je ziet meteen aankomen dat die een pak vlotter door het verkeer kan. De honderdsprint van exact 10 tellen is 3 volle seconden sneller dan de 75pk-editie. En dan hebben we het nog niet eens over het verschil met de traagste variant gehad.
De turbo blijft bij dat alles nog erg zuinig. VW geeft een gemiddelde van 4,4l/100km op. Dat komt neer op een CO2-afgifte van 102g/km. Wie de tank tot de rand vult, geraakt er 800km ver mee zonder bijtanken…