Een opgefriste Porsche 911 stond al in september op het Autosalon van Frankfurt. De Duitsers bleken toen niet ongevoelig voor de heersende downsizing-trend. En daarom heeft elke nieuwe 911 een turbo aan boord. Maar alleen de krachtigste versies krijgen Turbo of Turbo S op de kofferklep. Daarvan hadden we de opgefriste edities nog niet te zien gekregen. Maar nu zijn ze er wel. En ook deze worden sneller.
Vertrouwde 3.8l
De 911 Turbo en 911 Turbo S doen het nog steeds met het vertrouwde 3,8l zescilinder boxerblok. Dat was al goed voor 520 en 560pk, maar daar komt nu telkens nog eens 20pk bij. Een Turbo zonder S doet daardoor exact 3 seconden over de sprint. De variant met S duikt er net onder. De topsnelheden bedragen 320 en 330km/u. Tegelijk daalde het verbruiksgemiddelde naar een liter of 9. In theorie, uiteraard.
Meer adem
Het extra vermogen komt niet per sé van een hogere turbodruk. Porsche wijzigde de inlaatkanalen, voorzag nieuwe injectoren en verhoogde de brandstofdruk. De Turbo S krijgt daarbovenop een sterkere turbo. Ook nieuw is de Dynamic Boost functie. Dat betekent dat de turbodruk ook bij het kort loslaten van het gaspedaal behouden blijft. Dit gebeurt door alleen de brandstofinspuiting te onderbreken; de smoorklep blijft gewoon open. Hierdoor reageert de motor vrijwel zonder vertraging op opnieuw gas geven.
Bijgeslepen
Optisch zijn de Turbo-modellen zo bijgeschaafd dat ze weer in lijn liggen met de overige 911-modellen, aangevuld met typische Turbo-items, zoals de zijdelingse 'airblades' en kieuwen in de achterste wielkasten en de achterbumper. Daarnaast zijn de LED-achterlichten, de motorkap (achteraan) en de eindpijpen herontworpen en rollen de Turbo's op nog breder 20” lichtmetaal.